Landgoederen Rijnvis

De weg Rijnvis begint aan de Harderwijkseweg ter hoogte van de Schotweg, loopt in de noordelijke richting en buigt later af in noordoostelijke richting naar de Vreeweg.
Aan deze weg liggen de gronden die vroeger behoorden tot de landgoederen “Groot- en Klein Rhijnvis”, diverse schrijfwijzen werden gebruikt, in een oude koopakte wordt zelfs “Reinvisch” geschreven.
In september van het jaar 1555 gaat Gerrit Rijnvis op oudere leeftijd naar de Rekenkamer in Arnhem om goedkeuring te vragen voor een transactie betreffende “het heeren vrijgoed genaemt Jutte of Gerrit Rijnvischgoet, onder de Clockenslach van Nunspeet”, zoals het bij deze gelegenheid wordt genoemd. Gerrit is oud geworden, ongeschikt tot de arbeid en is met Jan Matthijs overeengekomen dat deze hem als gebruiker van de hoeve zal opvolgen, zijn rechten en verplichtingen zal overnemen; hij heeft zich bovendien bereid verklaard aan Gerrit Rijnvisch en zijn vrouw Barbara, zolang een van beiden nog in leven is, uit het goed een lijfrente te betalen.
De naam is dus al van omstreeks 1500 aan deze boerderij verbonden geweest, Jutte Rijnvis, hierboven genoemd, zal een zuster van Gerrit geweest zijn, zij wordt omstreeks 1527 nog genoemd.
In 1638 gaat dit goed over in handen van Gerrit Meijnten Hoolwerf, die het echter niet zelf gebruikte. Het goed blijft lange tijd in deze familie en wordt daarom ook dikwijls aangeduid als Hoolwerfsgoed.

bronnen: